Scherpte - Verrekijker

Net als in de fotografie is ook voor een verrekijker de scherpte van het hoogste belang. Het scheidend vermogen moet goed zijn om voldoende details weer te kunnen geven. En ook de randscherpte is van groot belang.

Bij goedkopere verrekijkers (en camera objectieven) zal de scherpte aan de beeldranden een stuk minder zijn dan in het midden van het beeld. Bij een fototoestel is dat een groter probleem omdat één beeld vastgelegd wordt en daarna niet meer veranderd kan worden. Met een verrekijker scan je als het ware je beeld af. Je kan dus zoveel mogelijk gebruik maken van het beste stuk van het beeld: het midden. Toch zal een te slechte beeldkwaliteit aan de randen storend werken.

Eigenlijk is het heel simpel: een hogere randscherpte van een verrekijker zorgt ervoor dat je tot dichter op de randen nog scherp beeld hebt. Kijk bijvoorbeeld eens naar de onderstaande afbeeldingen:

Op de afbeelding aan de linkerkant is de randscherpte ongeveer 80%. Bij de afbeelding aan de rechterkant is dit 90%.

Nog even een klein beetje relativering: je kan natuurlijk een gebrek aan randscherpte van een verrekijker camoufleren door het blikveld te beperken. Je ziet dan in feite niet dat de beeldkwaliteit aan de rand minder is. Maar toch zal het in de praktijk fijner zijn om toch dat grote blikveld te hebben: het is makkelijker om een onderwerp te 'vinden'. En zodra het in beeld is gebruik je het betere midden van het beeld om zoveel mogelijk details te kunnen zien.

Naar het verrekijkerwoordenboek